cord
cord
kɔrd
kawrd
British pronunciation
/kˈɔːd/

Definitie en betekenis van "cord"in het Engels

01

koord, touw

a thin, flexible string or rope made of twisted strands of material such as cotton or nylon, used for binding things
02

koord, ribfluweel

a cut pile fabric with vertical ribs; usually made of cotton
03

kabel, stroomdraad

a flexible, insulated wire that carries electricity for household devices
example
Voorbeelden
She untangled the cord before plugging in the lamp.
Ze ontwarde het snoer voordat ze de lamp inschakelde.
The kettle ’s cord barely reached the outlet.
Het snoer van de waterkoker reikte nauwelijks tot het stopcontact.
04

koord, ster

a unit of amount of wood cut for burning; 128 cubic feet
to cord
01

stapelen in koorden, opstapelen in koorden

stack in cords
02

vastbinden met een koord, binden met een touw

bind or tie with a cord
LanGeek
Download de App
langeek application

Download Mobile App

stars

app store