Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to clear up
[phrase form: clear]
01
ophelderen, verduidelijken
to explain or resolve confusion, making something easier to understand or less ambiguous
Transitive: to clear up information or a situation
Voorbeelden
The professor took the time to clear up any misunderstandings about the assignment during office hours.
De professor nam de tijd om tijdens de spreekuren eventuele misverstanden over de opdracht op te helderen.
Can you please clear up the details regarding the schedule for next week?
Kunt u de details over het schema voor volgende week ophelderen?
Voorbeelden
The rain clouds began to dissipate, and the sky started to clear up, promising a sunny afternoon.
De regenwolken begonnen te verdwijnen, en de lucht begon op te klaren, wat een zonnige middag beloofde.
Despite the gloomy forecast, the skies unexpectedly cleared up just in time for the outdoor wedding ceremony.
Ondanks de sombere voorspelling klaarde de lucht onverwacht op net op tijd voor de buitenhuwelijksceremonie.
03
beter worden, genezen
to become cured, typically referring to an illness or medical condition
Intransitive
Voorbeelden
After a week of rest and medication, his cold finally started to clear up, and he began to feel better.
Na een week rust en medicatie begon zijn verkoudheid eindelijk over te gaan, en hij begon zich beter te voelen.
With proper treatment and care, the rash on her skin began to clear up, leaving no trace of irritation.
Met de juiste behandeling en verzorging begon de uitslag op haar huid te verdwijnen, zonder sporen van irritatie achter te laten.
04
opruimen, schoonmaken
to make a space neat and tidy by removing mess or dirt
Voorbeelden
She cleared up the toys after the children finished playing.
Ze ruimde het speelgoed op nadat de kinderen klaar waren met spelen.
He is clearing up the kitchen after dinner.
Hij is de keuken aan het opruimen na het avondeten.



























