Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
in half
01
in tweeën, gehalveerd
into two equal parts or portions
Voorbeelden
She cut the apple in half and gave me a piece.
Ze sneed de appel in tweeën en gaf me een stuk.
The teacher split the class in half for the group activity.
De leraar verdeelde de klas in tweeën voor de groepsactiviteit.



























