Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
in character
01
in karakter, in overeenstemming met het karakter
in a way that is expected or typical for the usual traits or qualities of someone or something
Voorbeelden
It was completely in character for him to make a witty remark at the meeting.
Het was helemaal in zijn karakter om een geestige opmerking te maken tijdens de vergadering.
Her detailed costume was in character with the historical period she was portraying.
Haar gedetailleerde kostuum was in karakter met de historische periode die ze uitbeeldde.
02
in karakter, in de rol blijven
in a way that matches the role or personality being portrayed
Voorbeelden
The actor stayed in character even when the cameras were off.
De acteur bleef in karakter zelfs toen de camera's uit waren.
He practiced his lines repeatedly to remain in character throughout the entire scene.
Hij oefende zijn teksten herhaaldelijk om gedurende de hele scène in karakter te blijven.



























