Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to reflect on
/ɹɪflˈɛkt ˈɑːn/
/ɹɪflˈɛkt ˈɒn/
to reflect on
[phrase form: reflect]
01
nadenken over, reflecteren op
to think carefully and deeply about something
Transitive: to reflect on an issue
Voorbeelden
He liked to reflect on his past achievements when he reached a milestone.
Hij hield ervan om na te denken over zijn eerdere prestaties wanneer hij een mijlpaal bereikte.
After the challenging exam, she took some time to reflect on her performance and what she could improve.
Na de uitdagende examen nam ze wat tijd om na te denken over haar prestaties en wat ze zou kunnen verbeteren.
02
weerspiegelen in, beïnvloeden
to have an influence on people's opinion of someone or something, often in a negative manner
Transitive: to reflect on sth
Voorbeelden
The scandal involving the company 's CEO began to reflect on the company's reputation.
Het schandaal waarbij de CEO van het bedrijf betrokken was, begon weer te geven op de reputatie van het bedrijf.
The poor behavior of a few students should not reflect on the entire school.
Het slechte gedrag van een paar leerlingen zou niet afstralen op de hele school.
03
weerspiegelen, reflecteren
to be displayed as a duplicate light or image on a surface
Transitive: to reflect on a surface
Voorbeelden
The sun 's rays reflect on the ocean, creating a shimmering effect.
De zonnestralen weerspiegelen op de oceaan, wat een schitterend effect creëert.
In the clear water, the fish appeared to reflect on the pond's surface.
In het heldere water leek de vis te weerspiegelen op het oppervlak van de vijver.



























