Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
reflective
01
reflecterend, introspectief
involving deep contemplation or examination of one's thoughts and feelings
Voorbeelden
He took a reflective walk in the park to clear his mind and ponder life's complexities.
Hij maakte een bezinnende wandeling in het park om zijn hoofd leeg te maken en na te denken over de complexiteit van het leven.
She wrote in her journal as a reflective practice, exploring her thoughts and emotions.
Ze schreef in haar dagboek als een reflecterende praktijk, waarbij ze haar gedachten en emoties onderzocht.
02
reflecterend, weerkaatsend
having the ability to bounce light or sound off a surface
Voorbeelden
The reflective surface of the mirror bounced back the light from the lamp.
Het reflecterende oppervlak van de spiegel kaatste het licht van de lamp terug.
The reflective vest made the construction worker more visible to drivers at night.
Het reflecterende vest maakte de bouwvakker 's nachts beter zichtbaar voor bestuurders.
03
reflecterend, weerspiegelend
produced or resulting from reflection
Voorbeelden
The sunset cast a colorful reflective glow on the water.
De zonsondergang wierp een kleurrijke reflecterende gloed op het water.
The reflective light from the disco ball created a dazzling effect in the room.
Het weerkaatsende licht van de discobal creëerde een verblindend effect in de kamer.
Lexicale Boom
nonreflective
reflectively
reflectiveness
reflective
reflect
