Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
vindictive
01
wraakzuchtig, hatelijk
having a strong desire to harm others
Voorbeelden
After losing the election, the vindictive politician spread false rumors about his opponent.
Na het verliezen van de verkiezingen verspreidde de wraakzuchtige politicus valse geruchten over zijn tegenstander.
She was so vindictive that she plotted to ruin her coworker's reputation over a minor disagreement.
Ze was zo wraakzuchtig dat ze een plan smeedde om de reputatie van haar collega te ruïneren vanwege een klein meningsverschil.
Voorbeelden
She spread malicious rumors about her former friend out of a vindictive desire to harm her reputation.
Ze verspreidde kwaadaardige geruchten over haar voormalige vriendin uit een wraakzuchtig verlangen om haar reputatie te schaden.
The vindictive coach benched the player for a minor disagreement as a form of punishment.
De wraakzuchtige coach zette de speler op de bank voor een klein meningsverschil als een vorm van straf.
Lexicale Boom
unvindictive
vindictively
vindictiveness
vindictive



























