Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Blemish
01
onvolkomenheid, vlek
a mark or spot on something or someone's skin that spoils the appearance
Voorbeelden
Her flawless complexion had no blemishes or imperfections.
Haar vlekkeloze teint had geen vlekken of onvolkomenheden.
He tried to cover up the blemish on his cheek with makeup.
Hij probeerde het vlekje op zijn wang te verbergen met make-up.
to blemish
01
bezoedelen, beschadigen
to damage the appearance of something by causing a flaw or imperfection
Transitive: to blemish sth
Voorbeelden
The scratch blemished the surface of the car's paint.
De kras beschadigde het oppervlak van de autolak.
Acne can blemish the skin, leaving behind marks or scars.
Acne kan de huid ontsieren, waardoor littekens of vlekken achterblijven.
02
bederven, aantasten
to spoil, impair, or reduce the quality or condition of something
Transitive: to blemish perfection of something
Voorbeelden
The scratch on the car 's door blemished its otherwise flawless paint.
De kras op de autodeur beschadigde de verder vlekkeloze verf.
A small crack blemished the surface of the antique vase.
Een kleine barst beschadigde het oppervlak van de antieke vaas.
