Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Tumult
01
tumult, opschudding
a state of loud, chaotic noise or disorder caused by confusion or unrest
Voorbeelden
The stadium erupted into tumult as the winning goal was scored.
Het stadion barstte in tumult uit toen het winnende doelpunt werd gescoord.
The protest descended into tumult as clashes broke out between demonstrators and police.
Het protest ontaardde in tumult toen er botsingen uitbraken tussen demonstranten en de politie.
02
tumult, lawaai
the act of making a noisy disturbance
03
tumult, hevige opwinding
violent agitation
