Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Trough
01
goot, regenpijp
a channel along the eaves or on the roof; collects and carries away rainwater
02
trog, kom
(geology) a long, narrow depression or hollow, often occurring naturally, such as in the landscape or ocean floor
Voorbeelden
The river carved a deep trough through the canyon over millions of years, creating stunning natural landscapes.
De rivier heeft over miljoenen jaren een diepe trog door de canyon uitgehouwen, waardoor adembenemende natuurlijke landschappen zijn ontstaan.
Glaciers can leave behind troughs in the form of U-shaped valleys as they carve through mountainous regions.
Gletsjers kunnen troggen achterlaten in de vorm van U-vormige valleien terwijl ze zich een weg banen door bergachtige gebieden.
03
trog, voederbak
a container (usually in a barn or stable) from which cattle or horses feed
04
trog, bak
a long narrow shallow receptacle
05
schatkist, staatskas
a treasury for government funds
06
trog, holte
a concave shape with an open top
07
dieptepunt, laagtepunt
a period or point when activity, success, or satisfaction is at its lowest level
Voorbeelden
After months of success, the team hit a trough in performance.
Na maanden van succes bereikte het team een dieptepunt in prestaties.
His mood sank into a trough after hearing the bad news.
Zijn stemming zakte weg in een dip na het horen van het slechte nieuws.



























