Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
01
blik, metalen container
a metal container in which dry food is stored and sold
Dialect
British
Voorbeelden
She opened a tin of cookies that she had baked for the holiday party.
Ze opende een blik koekjes dat ze voor het vakantiefeest had gebakken.
The pantry was stocked with various tins of soup, making it easy to prepare quick meals.
De voorraadkamer was gevuld met verschillende blikken soep, waardoor het gemakkelijk was om snel maaltijden te bereiden.
02
tin, blik
a silvery malleable metallic element that resists corrosion; used in many alloys and to coat other metals to prevent corrosion; obtained chiefly from cassiterite where it occurs as tin oxide
03
blik, metalen container
airtight sealed metal container for food or drink or paint etc.
Dialect
British
04
vorm, blik
a container made of tinplate, typically used in baking to shape and bake various food items, such as cakes, bread, or pastries
Voorbeelden
She used a round tin to bake a birthday cake for her friend.
Ze gebruikte een ronde vorm om een verjaardagstaart te bakken voor haar vriendin.
The pastry chef prepared mini tartlets using tin pans.
De banketbakker bereidde mini-taartjes met blikken vormen.
to tin
01
inblikken, in blik conserveren
preserve in a can or tin
02
vertinnen, een dun laagje soldeer aanbrengen
prepare (a metal) for soldering or brazing by applying a thin layer of solder to the surface
03
vertinnen, met tin bedekken
plate with tin
Lexicale Boom
tinny
tin



























