Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
01
ding, object
an object that we cannot or do not need to name when we are talking about it
Voorbeelden
I misplaced my phone; it 's the one thing I ca n't find right now.
Ik heb mijn telefoon verkeerd neergelegd; het is het enige ding dat ik nu niet kan vinden.
I need to find my keys; they are the most important thing.
Ik moet mijn sleutels vinden; ze zijn het belangrijkste ding.
02
ding, zaak
a special situation
03
ding, actie
an action
04
ding, voorwerp
an artifact
05
ding, zaak
a vaguely specified concern
06
ding, gebeurtenis
an event
07
ding, object
a statement regarded as an object
08
ding, object
any attribute or quality considered as having its own existence
09
ding, doel
a special objective
10
ding, object
a separate and self-contained entity
11
ding, gevoel
a persistent illogical feeling of desire or aversion
