Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Big time
01
de top, de grote competities
the highest and most successful level in a profession, particularly in entertainment field
Voorbeelden
After years of playing in small clubs, the band finally made it to the big time with their hit single.
Na jaren spelen in kleine clubs heeft de band eindelijk de top bereikt met hun hitsingle.
Starring in a blockbuster movie catapulted her into the big time, making her a household name.
De hoofdrol in een blockbusterfilm katapulteerde haar naar de grote tijd, waardoor ze een bekende naam werd.
big time
01
groots, flink
to a great extent; very much or severely
SlangVoorbeelden
He messed up big time.
Hij heeft grote tijd verpest.
She impressed everyone big time with her performance.
Ze heeft iedereen erg onder de indruk gebracht met haar optreden.
