Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
big-boned
01
grootgebouwd, met zware botten
(of a person) large but not fat
Voorbeelden
He inherited his big-boned build from his father, making him naturally strong and resilient.
Hij erfde zijn grote botstructuur van zijn vader, wat hem van nature sterk en veerkrachtig maakt.
The big-boned dog had a robust physique, with a broad chest and powerful legs.
De grootgebouwde hond had een robuust postuur, met een brede borst en krachtige poten.



























