Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Sleight
01
vaardigheid, goochelarij
skill in performing hand movements, often used to deceive or perform tricks
Voorbeelden
He used his sleight to deftly manipulate the cards, impressing everyone at the poker table.
Hij gebruikte zijn handigheid om de kaarten behendig te manipuleren, waardoor iedereen aan de pokertafel onder de indruk was.
With a quick sleight of his fingers, the performer made the ball disappear from his hand.
Met een snelle vingerhandigheid liet de artiest de bal uit zijn hand verdwijnen.



























