Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to predict
01
voorspellen, predicten
to say that something is going to happen before it actually takes place
Transitive: to predict a future event
Voorbeelden
The meteorologist predicted rain for the weekend based on weather patterns.
De meteoroloog voorspelde regen voor het weekend op basis van weerpatronen.
Economists predict an increase in market volatility due to current economic trends.
Economen voorspellen een toename van de marktvolatiliteit vanwege de huidige economische trends.
Lexicale Boom
predictable
prediction
predictive
predict



























