Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Past tense
Voorbeelden
In English, regular verbs form the past tense by adding " ed " at the end, like " talked " or " walked. "
In het Engels vormen regelmatige werkwoorden de verleden tijd door "ed" aan het einde toe te voegen, zoals "talked" of "walked".
The sentence " She went to the store " is in the past tense.
De zin "Ze ging naar de winkel" staat in de verleden tijd.



























