Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
offensively
01
aanstootgevend, beledigend
in a manner that causes upset, annoyance, or disgust
Voorbeelden
He spoke offensively about a culture he did n't understand.
Hij sprak beledigend over een cultuur die hij niet begreep.
The comedian joked offensively about serious topics.
De comedian maakte aanstootgevende grappen over serieuze onderwerpen.
02
offensief
with deliberate acts of hostility, especially in military or politics
Voorbeelden
The army moved offensively into enemy territory.
Het leger trok offensief vijandelijk gebied binnen.
They responded offensively to the diplomatic sanctions.
Ze reageerden beledigend op de diplomatieke sancties.
03
offensief, op een offensieve manier
in a way that relates to scoring points or advancing in a game
Voorbeelden
The team played offensively in the second half and quickly tied the game.
Het team speelde in de tweede helft offensief en maakte snel de gelijkmaker.
He 's talented offensively, but needs to work on his defense.
Hij is getalenteerd in de aanval, maar moet werken aan zijn verdediging.
Lexicale Boom
inoffensively
offensively
offensive
offen



























