Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Aspersion
01
een laster, een smaad
a belittling comment directed at someone or something
Voorbeelden
He made an aspersion about her cooking skills.
Hij maakte een aspersion over haar kookvaardigheden.
A single aspersion from the critic upset the young author.
Een enkele laster van de criticus maakte de jonge auteur van streek.
02
laster, diffamatie
the act of damaging a person's character or reputation
Voorbeelden
The editorial cast aspersions on the mayor's honesty.
Het redactioneel wierp laster op de eerlijkheid van de burgemeester.
His constant aspersions damaged her reputation at work.
Zijn constante laster beschadigde haar reputatie op het werk.
03
de besprenkeling, de doopbesprenkeling
the ceremonial sprinkling of water during baptism
Voorbeelden
The priest performed an aspersion on the infant.
De priester verrichtte een besprenkeling op de zuigeling.
During the ceremony, an aspersion was made over each child.
Tijdens de ceremonie werd een besprenkeling over elk kind gemaakt.
Lexicale Boom
aspersion
asperse



























