Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Lightning
01
bliksem, weerlicht
a bright flash, caused by electricity, in the sky or one that hits the ground from within the clouds
Voorbeelden
The sky lit up with a brilliant flash of lightning during the storm.
De lucht verlichtte met een schitterende bliksemflits tijdens de storm.
She saw a bolt of lightning strike a tree in the distance.
Ze zag een bliksemschicht inslaan op een boom in de verte.
02
a sudden, extremely fast movement or action
Voorbeelden
The magician made the coin vanish in a lightning of motion.
He reacted in a lightning of reflex to catch the falling vase.
lightning
01
bliksem, bliksemsnel
moving or happening extremely quickly
Voorbeelden
The runner set a lightning pace, leaving his competitors far behind.
De hardloper zette een bliksemsnel tempo neer, waardoor zijn concurrenten ver achterbleven.
She made a lightning decision to accept the job offer without hesitation.
Ze nam een bliksemsnelle beslissing om de baan aan te nemen zonder aarzeling.



























