Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
in place
01
ter plaatse, op dezelfde plek
in the same spot or position without moving from it
Dialect
American
American
Voorbeelden
She jogged in place during the warm-up.
Ze jogde ter plaatse tijdens de warming-up.
He stood in place waiting for further instructions.
Hij bleef op zijn plaats staan wachten op verdere instructies.
Voorbeelden
The books were finally put in place on the shelf.
De boeken werden eindelijk op hun plaats in de kast gezet.
The bricks must be firmly in place before the next layer of mortar is applied.
De stenen moeten stevig op hun plaats zitten voordat de volgende laag mortel wordt aangebracht.
03
op zijn plaats, goed geregeld
properly arranged or ready to be used
Voorbeelden
The emergency procedures are in place to handle any situation.
De noodprocedures zijn in orde om elke situatie aan te kunnen.
There should be backup systems in place to prevent data loss.
Er moeten back-upsystemen klaar staan om gegevensverlies te voorkomen.
in one's place
01
used to say what choices or actions one would make if one was in another person's situation
Voorbeelden
If I were in her place, I would have taken the job offer without hesitation.
If I were in your place, I'd definitely consider taking a vacation to relax.
