Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Handler
01
trainer, voorbereider
a person responsible for coaching, managing, or preparing athletes or sports teams
Voorbeelden
The boxer 's handler scheduled daily sparring sessions to improve his technique.
De manager van de bokser plantte dagelijkse sparringsessies om zijn techniek te verbeteren.
The team 's handler coordinated travel and training logistics before the tournament.
De manager van het team coördineerde de reis- en trainingslogistiek voor het toernooi.
02
trainer, verzorger
a person who works with animals in training, care, or public presentation
Voorbeelden
The dog handler led the German shepherd through an obedience routine.
De hondentrainer leidde de Duitse herder door een gehoorzaamheidsroutine.
Zoo handlers ensure animals are fed, enriched, and safely housed.
De verzorgers van de dierentuin zorgen ervoor dat de dieren worden gevoed, verrijkt en veilig gehuisvest.
03
beheerder, controleur
a person who manages, controls, or oversees another individual or sensitive operation, often in intelligence, security, or logistics
Voorbeelden
The spy 's handler relayed instructions through encrypted messages.
De handler van de spion gaf instructies door via versleutelde berichten.
A celebrity 's handler arranged interviews and managed public appearances.
De manager van een beroemdheid regelde interviews en beheerde openbare optredens.
Lexicale Boom
handler
handle



























