Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to come together
01
samenkomen, zich verenigen
(of people) to form a united group
Intransitive
Voorbeelden
The community came together to organize a charity event for a local cause.
De gemeenschap kwam samen om een goed doel evenement te organiseren voor een lokaal doel.
Despite their differences, the team came together to work towards a shared goal.
Ondanks hun verschillen kwam het team samen om te werken aan een gemeenschappelijk doel.
02
samenkomen, samen aankomen
to arrive at a destination with someone after having traveled there together
Intransitive: to come together somewhere
Voorbeelden
After a long road trip, we finally came together at the beach.
Na een lange roadtrip kwamen we eindelijk samen op het strand.
We took separate flights, but we came together at the hotel in the evening.
We namen aparte vluchten, maar we kwamen 's avonds samen in het hotel aan.



























