Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Agenda
01
agenda, programma
a list of things that need to be considered, solved, or done
Voorbeelden
The agenda for the workshop was packed with interesting discussions.
De agenda van de workshop zat vol met interessante discussies.
They added an extra topic to the agenda at the last minute.
Ze voegden op het laatste moment een extra onderwerp toe aan de agenda.
02
agenda, vergaderlijst
a list or plan of items to be considered or acted upon, typically at a meeting or conference
Voorbeelden
The manager distributed the agenda before the meeting.
De manager verdeelde de agenda voor de vergadering.
The first item on the agenda was the budget report.
Het eerste punt op de agenda was het budgetrapport.



























