wintergreen
win
wɪn
vin
ter
tər
tēr
green
gri:n
grin
British pronunciation
/wˈɪntəɡɹˌiːn/

Definitie en betekenis van "wintergreen"in het Engels

01

wintergroen, theestruik

a herb or shrub with aromatic leaves that have a distinct minty flavor
example
Voorbeelden
The aromatic wintergreen tea soothes her sore throat.
De aromatische wintergroen thee verzacht haar keelpijn.
The wintergreen candies bring back childhood memories for her.
De wintergreen snoepjes brengen jeugdherinneringen bij haar terug.
02

wintergroen, pyrola

any of several evergreen perennials of the genus Pyrola
03

wintergroen, bosthee

creeping shrub of eastern North America having white bell-shaped flowers followed by spicy red berrylike fruit and shiny aromatic leaves that yield wintergreen oil
LanGeek
Download de App
langeek application

Download Mobile App

stars

app store