Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Trepidation
01
bevreesdheid, zorg
a state of nervousness or fear, anticipating that something bad may occur
Voorbeelden
As the deadline approached, she felt a sense of trepidation about the upcoming exam.
Naarmate de deadline naderde, voelde ze een gevoel van spanning over het komende examen.
Stepping into the dark, unfamiliar forest filled him with trepidation, unsure of what dangers lurked within.
Het betreden van het donkere, onbekende bos vulde hem met angst, onzeker over de gevaren die erin verscholen lagen.



























