proprietor
prop
ˈprəp
prēp
rie
raɪə
raiē
tor
tɜr
tēr
British pronunciation
/pɹəpɹˈa‍ɪ‍ətɐ/

Definitie en betekenis van "proprietor"in het Engels

01

eigenaar, uitbater

the owner of a property or business
example
Voorbeelden
The proprietor of the bookstore greeted every customer personally.
De eigenaar van de boekhandel begroette elke klant persoonlijk.
As the new proprietor, she revamped the cafe ’s menu.
Als nieuwe eigenaar heeft ze het menu van het café vernieuwd.
LanGeek
Download de App
langeek application

Download Mobile App

stars

app store