Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
married couple
/mˈæɹɪd kˈʌpəl/
/mˈaɹɪd kˈʌpəl/
Married couple
01
getrouwd stel, echtpaar
two people who are legally united in marriage
Voorbeelden
The married couple celebrated their tenth wedding anniversary.
Het getrouwde stel vierde hun tiende huwelijksverjaardag.
A married couple often shares legal and financial responsibilities.
Een getrouwd stel deelt vaak juridische en financiële verantwoordelijkheden.



























