Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to look around
[phrase form: look]
01
rondkijken, om zich heen kijken
to turn your head to see the surroundings
Transitive: to look around a place
Intransitive
Voorbeelden
I looked around the garden, admiring the beautiful flowers.
Ik keek rond in de tuin en bewonderde de mooie bloemen.
She was looking around the room to find a familiar face.
Ze keek rond in de kamer om een bekend gezicht te vinden.
02
zoeken, verkennen
to actively search for something by asking and exploring
Intransitive: to look around for sth
Voorbeelden
I 've been looking around for a new job for the past few months.
Ik heb de afgelopen maanden naar een nieuwe baan gezocht.
She is always looking around for new opportunities to expand her business.
Ze is altijd op zoek naar nieuwe kansen om haar bedrijf uit te breiden.
03
rondkijken, verkennen
to explore a place or building by walking through it and observing its surroundings
Transitive: to look around a place or building
Voorbeelden
We spent the afternoon looking around the town.
We brachten de middag door met rondkijken in de stad.
The tourists looked around the bustling market, taking in the sights, sounds, and smells.
De toeristen keken rond op de bruisende markt, terwijl ze de aanblik, geluiden en geuren in zich opnamen.



























