Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
dining table
/dˈaɪnɪŋ tˈeɪbəl/
/dˈaɪnɪŋ tˈeɪbəl/
Dining table
01
eettafel, tafel om te eten
a table on which people have meals
Voorbeelden
The family gathered around the dining table for a holiday meal.
De familie verzamelde zich rond de eettafel voor een feestmaaltijd.
She set the dining table with plates, glasses, and silverware before dinner.
Ze heeft de eettafel gedekt met borden, glazen en bestek voor het avondeten.



























