Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Bombshell
01
bom, sensatie
a woman who is very good-looking
Voorbeelden
The actress became a Hollywood bombshell in the 1950s.
De actrice werd in de jaren 1950 een Hollywood-bom.
She was described as a blonde bombshell in the magazine.
Ze werd in het tijdschrift omschreven als een blonde bom.
02
projectiel, bom
a projectile filled with explosives, such as a bomb or artillery shell
Voorbeelden
The bombshell exploded near the enemy lines.
De granaat ontplofte nabij de vijandelijke linies.
Soldiers took cover as a bombshell landed nearby.
De soldaten zochten dekking toen een granaat in de buurt landde.
03
Een bom, Een sensatie
a performer who has a sensational and electrifying effect on an audience
Voorbeelden
The singer was a bombshell on stage, captivating the crowd.
De zanger was een bom op het podium en betoverde de menigte.
Her debut performance was a bombshell in the music industry.
Haar debuutoptreden was een bom in de muziekindustrie.
04
een bom, een schokkend nieuws
a sudden and shocking piece of news or event
Voorbeelden
The resignation of the CEO was a bombshell for the company.
Het ontslag van de CEO was een bom voor het bedrijf.
She dropped a bombshell by announcing her engagement.
Ze liet een bom vallen door haar verloving aan te kondigen.



























