Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
01
van
used to indicate someone's or something's ownership or relation to a thing or person
Voorbeelden
He 's the director of a successful company.
She is a friend of mine from school.
02
van
used when stating one's opinion about someone or something
Voorbeelden
In my opinion, the success of the project is a result of teamwork and dedication.
Naar mijn mening is het succes van het project het resultaat van teamwork en toewijding.
She is a fan of classical music and believes it has a profound impact on one's emotions.
Ze is een fan van klassieke muziek en gelooft dat het een diepgaande invloed heeft op iemands emoties.
03
van
used to indicate origin or derivation
Voorbeelden
The sculpture is made of marble, which was sourced from a famous quarry in Italy.
Het beeldhouwwerk is gemaakt van marmer, dat afkomstig is uit een beroemde steengroeve in Italië.
She is a woman of great talent, having been recognized for her contributions to the arts.
Zij is een vrouw van groot talent, erkend voor haar bijdragen aan de kunsten.
04
van
used to express a specific amount, age, value, etc.
Voorbeelden
He needs five meters of fabric to make the curtain.
Hij heeft vijf meter stof nodig om het gordijn te maken.
He ran a marathon of 26.2 miles.
Hij liep een marathon van 26,2 mijl.
05
van, naar
used to express the location relative to a specified point of reference
Voorbeelden
The town is located south of the river.
De stad ligt ten zuiden van de rivier.
The airport is west of the city center.
De luchthaven ligt ten westen van het stadscentrum.
06
van
used to denote a connection between a larger entity and its component or constituent part
Voorbeelden
The pages of the book were filled with fascinating stories.
De pagina's van het boek waren gevuld met fascinerende verhalen.
07
van
used to specify a particular member of a broader group
Voorbeelden
The country of Brazil is known for its diverse ecosystems.
Het land van Brazilië staat bekend om zijn diverse ecosystemen.
08
van
used to attribute a quality, characteristic, or manner to someone or something
Voorbeelden
It was kind of you to help.
Het was aardig van je om te helpen.
It was brave of her to speak up.
Het was dapper van haar om te spreken.
09
van, over
used to indicate awareness or knowledge regarding a specific subject or thing
Voorbeelden
I do n't know of any available apartments in that area.
Ik weet niet van beschikbare appartementen in dat gebied.
I've heard of that movie, but I have n't seen it.
Ik heb van die film gehoord, maar ik heb hem niet gezien.
10
van, vanwege
used to express the cause or reason for a particular event, condition, or state
Voorbeelden
He passed away of natural causes.
Hij overleed aan natuurlijke oorzaken.
11
van
used to specify the substance or material from which something is constructed or made
Voorbeelden
The house is made of bricks.
Het huis is gemaakt van bakstenen.
The bridge is built of steel.
De brug is gebouwd van staal.



























