zipper
zi
ˈzɪ
zi
pper
pər
pēr
British pronunciation
/ˈzɪpə/

Definitie en betekenis van "zipper"in het Engels

01

rits, zip

an object with two plastic toothed strips used for fastening the open edges of a piece of clothing, bag, etc.
Dialectamerican flagAmerican
zipbritish flagBritish
Wiki
zipper definition and meaning
example
Voorbeelden
She struggled to pull up the zipper on her new dress, realizing it was slightly too tight.
Ze worstelde om de rits van haar nieuwe jurk omhoog te trekken, beseffend dat hij iets te strak zat.
The backpack 's zipper broke, spilling its contents all over the floor.
De rits van de rugzak brak, waardoor de inhoud over de vloer verspreid werd.
02

rits, bliksemgolf

(surfing) a wave that rises and breaks rapidly, often in a fast-moving, linear fashion, resembling the motion of a zipper
InformalInformal
SpecializedSpecialized
example
Voorbeelden
I caught a zipper this morning; it broke so fast I barely had time to react.
Ik heb vanmorgen een rits gevangen; hij brak zo snel dat ik nauwelijks tijd had om te reageren.
The wave was a perfect zipper — short but sweet, and I got in a few quick turns.
De golf was een perfecte rits — kort maar lief, en ik heb een paar snelle bochten gemaakt.
to zipper
01

to fasten or close something using a zipper

to zipper definition and meaning
example
Voorbeelden
She zippered her jacket before going outside.
He zippered the backpack shut.
LanGeek
Download de App
langeek application

Download Mobile App

stars

app store