Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Ring finger
01
ringvinger, vierde vinger
the finger next to the little finger, especially on the left hand; the fourth digit of the human hand
Voorbeelden
She wore her wedding band on her ring finger.
Ze droeg haar trouwring aan haar ringvinger.
He injured his ring finger while playing volleyball.
Hij bezeerde zijn ringvinger tijdens het volleyballen.



























